Babbel 10 met Loïc

Dag meneertje peertje,

Net zoals elke mama ben ik ervan overtuigd dat mijn kinderen de wow-ste en de mega-ste zijn van de ganse wereld. Maar in mijn geval is dat gewoon echt zo. Zoals je zelf ongetwijfeld al hebt gemerkt heb jij een super grote broer en super grote zus. Zeg nu zelf, niet elke baby wordt dagelijks gewekt met even welluidende gezangen als die van mijn Siebe, en niet alle grote zussen staan uren per dag aan het park van hun mini broer geplakt. Ik heb dus gewoon mega chance.

Wat vond je trouwens deze morgen van ons “kabas-moment”? Officieel heet zo’n ding ‚draagzak’ maar ik vind het woord ‚kabas’ gewoon beter passen. OK, misschien moet ik nog wat oefenen om je er iets vlotter, en vooral iets sociaal aanvaardbaarder in te stoppen, maar geef me gewoon wat tijd. Zelf vond ik het wel iets hebben zo dat kleine blonde kopje van jou tegen mijn voor jou kloppend hartje. Wel cosy zo. Het is me nog niet helemaal duidelijk of we hier samen marathons mee gaan stappen, maar de eerste kennismaking vond ik alvast een succes.

Over successen gesproken… Er komt een tijd dat jij deze blog zal lezen, daarom vind ik het belangrijk dat ik hier af en toe dingen schrijf waar je later fier op kan zijn. Dus bij deze wil ik toch graag vereeuwigen dat ik je eetmomenten geweldig vind. Zo vind ik het bijvoorbeeld zo ongelooflijk de max dat jij iedere middag zo maar eventjes quasi 300 gram ‘patatten’ naar binnen laat gooien. Al goed dat wij alle dagen verse dinges maken want met zo’n Olvarit-achtige toestand kom jij dus niet toe. Och ja. Eigenlijk is het vrij simpel. Kleine grote jongens moeten veel eten. Dan worden ze groot. Zo groot als wij allemaal 🙂

Plaats een reactie